5094

Natuurgebied Dintelse Gorzen / Krammer-Volkerak

Het Volkerakmeer in zijn huidige vorm is een "afgesloten zeearm" waarin nog veel van de kenmerken van het voormalige intergetijdegebied "Krammer-Volkerak" bewaard zijn gebleven (diepe centrale geul met steile taluds en aansluitende ondiepten met minder steil talud en drooggevallen platen). Het Volkerak (circa 6000 ha) vormt nu één waterlichaam met de Eendracht en het Zoommeer (circa 2000 ha). Binnen een paar maanden werd het water zoet en het peil werd gefixeerd op 0 cm NAP. Daardoor viel circa 1775 ha van het voormalige intergetijdegebied permanent droog. Oeverafslag als gevolg van het gefixeerde peil werd gestopt door de aanleg van vooroevers, en in de periode 1989-99 werd een veertigtal eilandjes aangelegd, met een totale oppervlakte van circa 80 ha. Het Volkerak ontvangt niet langer substantiële hoeveelheden water uit het Hollandsch Diep, wel uit de Brabantse rivieren (Mark en Dintel).De successie van de vegetatie is nog volop gaande en door de traagheid van de ontzilting van de bodem, in een aantal deelgebieden is de rol van zilte pioniersoorten op de platen nog steeds groot. De ontwikkelingen van de broedvogels en de trekvogels als ganzen zijn in hoge mate een afspiegeling van de vegetatiesuccessie, met een tijdelijke opkomst van pioniers als kale grondbroeders (plevieren, sterns) en gras- en zaadeters. Een aantal soorten ganzen (kolgans, grauwe gans) en weidevogels heeft een meer permanente plek gekregen. De ontwikkelingen in het water zijn sterk gestuurd door hoge en toenemende nutriëntgehalten (met bijbehorende vissen). In de huidige situatie is bij de niet-broedvogels de betekenis op landelijke schaal het grootst bij de brilduiker (12 % landelijk gemiddelde), vervolgens bij fuut, kuifeend en kluut (4-5 %). Daarnaast is het een zeer belangrijk broedgebied voor broedvogels van schaars begroeide zandplaten (bontbekplevier, strandplevier) en schaars begroeide oevers met aangrenzend ondiep water (kluut). Deze habitats zijn tevens van belang voor meeuwen en sterns (zwartkopmeeuw, kleine mantelmeeuw, visdief, dwergstern).

Hoofdpunten uit het advies

De Ecologische Autoriteit heeft vijf adviezen uitgebracht over de natuurdoelanalyses (NDA's) voor de Oosterschelde, Westerschelde & Saeftinghe, Grevelingen, Krammer-Volkerak en Voordelta. Kenmerkend voor deze Natura 2000-gebieden in de Zuidwestelijke Delta is de natuurlijke dynamiek en de dynamiek veroorzaakt door grootschalige ingrepen, zoals de Deltawerken. Deze ingrepen beïnvloeden de omvang en kwaliteit van de natuur. Deze invloed is nu merkbaar en zal in de toekomst waarschijnlijk toenemen. Naast stikstof hebben onder andere slechte waterkwaliteit en recreatie negatieve invloed op de staat van de natuur.

Rijkswaterstaat heeft in de natuurdoelanalyses vooral naar neerslag van stikstof in gebieden gekeken. Dat was de opdracht, maar op basis van de NDA’s kan de Ecologische Autoriteit niet concluderen of de natuurdoelen worden gehaald. Andere invloeden binnen en buiten de gebieden hebben mogelijk een groter negatief effect op de natuur. Voor een goed beeld van alle invloeden is inzicht in het ecologisch functioneren van het gebied als geheel noodzakelijk.

De Ecologische Autoriteit adviseert allereerst ook doelen voor niet-stikstofgevoelige natuur te onderzoeken om een beter beeld te krijgen van de staat van de natuur en effectieve maatregelen. Ook adviseert de Ecologische Autoriteit om de relaties tussen aangrenzende Natura 2000-gebieden, maatregelen en andere opgaven in kaart te brengen voor een samenhangende aanpak van natuurherstel.

Overige gegevens

Betrokken overheden

Rijkswaterstaat namens ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (voortouwnemer)
Provincie Noord-Brabant
Provincie Zeeland
Provincie Zuid-Holland

Samenstelling laatste werkgroep

dr. Wilfried ten Brinke
dr. Henk Everts
Daan Jacobs, MSc (secretaris)
drs. Marieke van Rhijn (voorzitter)
prof. dr. Lisette de Senerpont Domis
ing. Rob Vogel

Regio: Noord-Brabant, Zeeland, Zuid-Holland


Natura 2000-gebied: Krammer-Volkerak


Landschapstype: Duin- en kustlandschap, Zee en wad


Natuurtype: N08 Open duinen, N09 Schorren of kwelders