5107
Het natuurgebied Mantingerbos ligt ten noorden van Mantinge. Het bestaat uit het Mantingerbos, het Thijnsbosje en het Noordlagerbos met in het midden de Mantingerweide. Het Mantingerbos is een restant van oud bos, waarvan de bodem een van de oudste onberoerde bosbodems van Drenthe is. Karakteristiek zijn de hoge hulstbomen in vooral het Mantingerbos en het Thijnsbosje. De ondergroei is typisch Drents met soorten als veelbloemige salomonszegel, zevenster, witte klaverzuring, grote muur en dalkruid. In de bosranden zijn kenmerkende soorten te vinden zoals Europese vogelkers, sleedoorn en hondsroos en diverse bramensoorten zoals sierlijke woudbraam.

Hoofdpunten uit het advies

In Mantingerbos zijn volgens de natuurdoelanalyse de te hoge stikstofneerslag en verdroging (rond het natuurgebied) de belangrijkste problemen. Die kan leiden tot verzuring van de bosbodem en het verdwijnen van bijzondere soorten in de bosranden. Vanwege de geringe omvang van het gebied is de invloed van de directe omgeving verhoudingsgewijs groot, zoals grondwaterstanddaling. Een lopend hydrologisch onderzoek moet meer duidelijkheid over de oorzaken scheppen. De mogelijke maatregelen die hier uit voortkomen moeten zo snel mogelijk uitgevoerd worden.

Kwaliteit is mogelijk al verslechterd
De Ecologische Autoriteit is het eens met de conclusie in de natuurdoelanalyse dat de hoge stikstofdepositie tot verslechtering leidt en een probleem is voor het behalen van natuurdoelen in Mantingerbos. Dat er veel stikstof neerslaat is bijvoorbeeld goed te zien in de bosranden, waar veel stikstofminnende planten groeien. Ook treedt er maar weinig verjonging op en is er een afname van bijzondere soorten van oude bossen.

Aanvullend onderzoek en inzicht in historisch beheer en landgebruik is nodig
Omdat bossen traag reageren op veranderingen in de omgeving adviseert de Ecologische Autoriteit om in de analyse verder terug in de tijd te kijken. Onderzoek het historische beheer en landgebruik en de effecten hiervan op de natuurkwaliteit. Schat op basis hiervan in of maatregelen uit het verleden geschikt zijn om het huidige beheer mee te optimaliseren (onder meer met hakhoutbeheer, strooisel verwijderen, begrazing en bosrandbeheer). Naast maatregelen voor het verlagen van de stikstofneerslag komen dan ook aanvullende herstelmaatregelen in beeld die nodig zijn voor het halen van de kwaliteitsdoelen van Mantingerbos. Het inrichten van een bufferzone rondom het Mantingerbos kan helpen om de negatieve invloed vanuit de directe omgeving te beperken.

Overige gegevens

Betrokken overheden

Provincie Drenthe (voortouwnemer)

Overige betrokken partijen

Natuurmonumenten
Prolander

Samenstelling laatste werkgroep

dr. Jan Jacob van Dijk (voorzitter)
dr. ir. Rense Haveman
Reinder Torenbeek
drs. Olaf van Velthuijsen (secretaris)
prof. dr. ir. Michiel Wallis de Vries
ing. Mark Zekhuis

Regio: Drenthe


Natura 2000-gebied: Mantingerbos


Landschapstype: Droog zandlandschap


Natuurtype: N15 Droge bossen, N16 Bossen met productiefunctie, N17 Cultuurhistorische bossen